Hoofdstuk VII

Politieke consultancy & coaching

Geef je politieke carrière een boost

Hoofdstuk VII

VANDE LANOTTE VS VANDEWALLE

Woensdag 8 januari 2014 werd ik samen met Jean Marie Dedecker door Johan Vande Lanotte gedagvaard voor laster en eerroof. Waarom ik als ambtenaar in de strijd tussen twee politieke zwaargewichten gesleurd werd, blijft voor mij een raadsel. Het bleef niet zonder gevolgen voor mij, want als olifanten vechten is de kans groot dat je verpletterd wordt. Minister Vande Lanotte had begin december 2013 in Terzake aangekondigd om elkeen die moedwillig leugens over hem verspreidde, te dagvaarden. Op mijn website stonden enkele artikels over Johan Vande Lanotte en Electrawinds, maar een simpele zoekopdracht op Google leverde u nog vele blogwebsites met soortgelijke artikels op. Toch kreeg naast dhr Dedecker enkel ik een dagvaarding in de bus. Nadat een juridisch team mijn website volledig analyseerde werd één item weerhouden als laster. Het betrof de bewering dat Johan Vande Lanotte en/of zijn firma’s rechtstreeks of onrechtstreeks aandelen of aandeelopties van Electrawinds hadden. Ik baseerde mijn stelling onder meer op het feit dat Vande Lanotte als vast vertegenwoordiger zetelde in vzw ‘Belgian Offshore Platform’. Het vennootschaps-recht (art. 61§ 2 W.Venn.) schrijft voor wie aangeduid mag worden als vaste vertegenwoordiger. Het moet gaan om zogenaamd ‘vennootschapspersoneel’, met name een vennoot, zaakvoerder, bestuurder, lid van de directieraad of werknemer van de rechtspersoon-bestuurder. Toen hij in juni 2011, als vast vertegenwoordiger werd aangesteld, was Vande Lanotte volgens eigen verklaringen geen bestuurder, directielid, zaakvoeder of werknemer van Electrawinds. Om wettelijk als vast vertegenwoordiger voor Electrawinds te kunnen zetelen, moest hij dus wel aandeelhouder geweest zijn. Johan Vande Lanotte argumenteerde dat voor vertegenwoordiging in vzw’s deze wet niet van toepassing is. Een juiste stelling, maar wie de rechtspersoon wel gebruikt voor de vertegen-woordiging in vzw’s moet zich uiteraard aan de wet houden. Een postbode is niet verplicht om pakjes te bestellen met de wagen. Maar als hij het wel doet moet hij over een rijbewijs beschikken en zich aan de verkeersregels houden.

Het revisorverslag. Onweerlegbaar bewijs?

Begin januari 2014 engageerde Johan Vande Lanotte een ‘onafhankelijke’ revisor, om aan de hand van de aandelenregisters te constateren of hij al dan niet aandelen of aandelenopties van Electrawinds bezat. In de krant De Tijd van 9 januari 2014 schreef Journalist Bart Haeck met enige gevoel voor humor:

 ‘Vande Lanotte heeft daarom een revisor – ‘iemand uit Antwerpen, die ik niet ken’ – aangesteld om dat te onderzoeken. De revisor stelt dat Vande Lanotte geen aandelen, opties of warrants heeft, ook niet via zijn familie of via vennootschappen.’

Ik vermoed dat Vande Lanotte niet het volledige revisorverslag aan de pers bezorgde, want het verslag is allesbehalve sluitend. Zo lezen we in het besluit van de revisor:

 ‘Wij ontvingen een copij (sic) van bovengenoemd document Aandelenregister Electrawinds (op de volgende bladzijde Aandelenregister LDS NV). Wij maken voorbehoud voor het feit of dit het enigste aandeelhoudersregister is en of de bezorgde copij een copij is van het volledige aandeelhoudersregister. We maken tevens voorbehoud omtrent de volledigheid van de historiek van het aandeelhoudersregister en of de diverse aandelentransacties correct zijn weergegeven in het bezorgde aandelenregister.’

De revisor constateerde bijgevolg dat hij aan de hand van de hem geleverde documenten onmogelijk sluitend kon vaststellen of Vande Lanotte, zijn bedrijven of zijn kinderen aandelen, opties, of warrants hadden. Het revisorverslag was daarom eerder een bevestiging van het vermoeden dat dhr. Vande Lanotte ooit aandelen bezat. Want wie niets te verbergen heeft en zijn onschuld wil bewijzen, levert alle nodige documenten om hem vrij te pleiten. Hij zorgt ervoor dat de bewijsstukken ontegensprekelijk aantonen dat de bestreden bewering een leugen is. Bovendien was er nog het onrechtstreeks aandeelhouderschap in Electrawinds via de aandelen van Johan Vande Lanotte in cvba Groenkracht. Alle gegevens in overweging nemend besloten de rechtbank van eerste aanleg te Brugge en recent het Hof van Beroep te Gent dat mijn conclusies geen laster en eerroof waren en dat er wel degelijk een feitelijke basis voor bestond. Het vonnis van het Hof van Beroep van 7 september 2017 is daarover het duidelijkst:

‘Zoals hoger vastgesteld waren er minstens gegevens voorhanden (onder meer de aard van de in de schoot van de vennootschap uitgeoefende activiteiten), op grond waarvan kon worden verondersteld dat Johan Vande Lanotte wellicht aandelen bezat (en dus een belang had) in N.V. Electrawinds…’

Johan Vande Lanotte zou alle leugens die over hem geschreven werden aanvallen. Wat dan met alle andere feiten aangehaald in mijn artikels? Waren die dan ipso facto de waarheid? Het is in elk geval een conclusie die de logica streelt. Zo beschreef ik het onwettig ontbinden van de commanditaire vennootschap Mapusbo in één akte, zich onterecht aankondigen als Minister van België en voorzitter van Electrawinds bij onderhandelingen met Servische politici, het duister Italiaans verhaal rond de windmolens in Pontendera, het feit dat de boekhouder van zijn commanditaire vennootschap plots zaakvoeder wordt van diezelfde vennootschap, het kruisen van de belangen als Minister van de Noordzee, voorzitter van de Haven Oostende, voorzitter van Rebo nv, voorzitter van Otary nv, voorzitter van Multitech nv, voorzitter van Electrawinds enz. Ik verwijderde begin 2014 al deze artikels van mijn website. Als gevolg van de dagvaarding van Johan Vande Lanotte werd ik als het ware verpletterd tussen de twee vechtende olifanten. Een rechtstreeks gevolg van de dagvaarding en het ongeloofwaardig bestempelen van Jean Marie Dedecker en mijn onderzoek was het feit dat Jean Marie Dedecker niet meer verkozen werd als parlementslid, waardoor ik uiteraard mijn job als parlementair medewerker verloor. Door de hangende rechtszaak kreeg ik de stempel van ongeloofwaardig onderzoeker en slecht parlementair medewerker op mij gekleefd. Iets wat in mijn zoektocht naar een nieuwe werkgever steeds nadrukkelijker naar voor kwam. De dagvaarding van Johan Vande Lanotte hing als een zwaard van Damocles boven mijn hoofd. Ik liep, onterecht, met pek en veren door de woestijn. Mijn aanklager genoot intussen het voordeel van de twijfel en ondervond ook geen financiële fall-out van de rechtszaak. Deze wordt immers betaald middels een verzekering voor parlementairen bij Ethias. Ook werd hij zonder mandaat van de kiezer burgemeester van Oostende, een niet onaardig bezoldigde functie. Om brood op de plank te krijgen besloot ik in 2014 om een bedrijf voor politieke consultancy en onderzoek op te starten (BFELT). Gelukkig waren er nog mensen die in mij geloofden waardoor ik het hoofd boven water kon houden, maar ook niet meer dan dat. Met de uitspraak in eerste aanleg hoopte ik dat alles voorbij was, maar Dhr. Vande Lanotte ging in hoger beroep en mijn lijdensweg was nog niet ten einde. — Als de kosten van de rechtszaak toch door een verzekering van de overheid gedekt zijn, waarom zou je dan niet in hoger beroep gaan? — Het duurde tot 7 september 2017, drie en een half  jaar na de dagvaarding, vooraleer ik volledig in ere hersteld werd. Tweeënveertig maanden vooraleer ik met opgegeven hoofd mijn professionaliteit erkend mocht zien. Een enorme last viel van mijn schouders.

Mijn professionalisme, degelijkheid en bewijskracht zijn dan ook de redenen waarom ik niet veroordeeld werd van laster en eerroof in de zaak rond Johan Vande Lanotte en waarom ik niet gedagvaard ben voor laster en eerroof naar aanleiding van mijn boek De illegale Ghelamco Arena.[1] Hoe dan ook, ik heb steeds het volste vertrouwen dat gerechtigheid zal gescheiden en de vrije meningsuiting zal blijven zegevieren.

‘Wanneer kritische maatschappelijke controle en vrije meningsuiting gefnuikt worden, dwalen we geblinddoekt af naar een dictatuur.’

[1] Met uitzondering van de dagvaarding van Daniel Termont betreffende 1 zin in het boek, werd de overige inhoud niet als laster en eerroof beschouwd door AA Gent, Stad Gent of Ghelamco.